dossier private kwaliteitsborging
We gaan op pad om een aantal willekeurige bouwprojecten te bezoeken om bouwers de volgende vragen te stellen:
Voldoet wat u bouwt aan de voorschriften?
Hoe heeft u dit georganiseerd?
Kunt u mij dit laten zien?
Het antwoord op vraag 1 zal natuurlijk “Ja” zijn. Voor 2 en 3 zullen er grote verschillen zijn: de een doet er veel aan, de ander wat minder, het kan zus en het kan zo.
Om aan de voorschriften te voldoen moeten de eisen situatiespecifiek worden toegepast. Dat is nog niet zo eenvoudig. Het zijn er ook best veel. Om dit voor elkaar te krijgen moet je als bouwer natuurlijk in eerste instantie zelf de toepasselijke eisen helder hebben. Of je het eigen werk ook controleert en er iets van vastlegt bepaal je zelf. Die vrijheid biedt kansen om het naar eigen inzicht, afgestemd op de eigen bedrijfsvoering, te organiseren. Die vrijheid biedt ook de ruimte om het niet goed te doen of misschien wel helemaal niet. Het speelt zich voor bouwers met betrekking tot kwaliteitsborging dan ook af in het gebied tussen ‘niets aan doen’ tot ‘goed regelen’.
Als bouwer moet je aan de bouwvoorschriften voldoen. Artikel 1b van de Woningwet geeft aan dat je niet mag bouwen in strijd met de voorschriften. De wet regelt niet dat een bouwwerk aantoonbaar aan de voorschriften moet voldoen. Als bouwer hoef je wettelijk dan ook helemaal niets aan kwaliteitsborging te doen. Onder de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen wordt dit straks toch iets anders. Dan zal een externe kwaliteitsborger hier een oordeel over geven. Dat doet hij deels met eigen waarnemingen, controles, maar ook voor een deel gebaseerd op wat de bouwer aantoonbaar kan maken.
Wat de kwaliteitsborger kan en gaat controleren is verweven met de manier waarop de bouwer de zaakjes heeft geregeld.
De kwaliteitsborger gaat de bouwer op de huid zitten. Hij gaat vragen om informatie. Zo gaat hij ook kijken naar wat de bouwer zelf aan kwaliteitsborging doet. Voor de bouwer is het dan ook zaak dat hij met zijn eigen kwaliteitsborging aansluiting zoekt bij de werkwijze van de kwaliteitsborger. Ook vanuit het oogpunt aansprakelijkheid is dit slim. Moet je als bouwer aantonen dat een gebrek je niet kan worden aangerekend dan helpt het natuurlijk om even het dossier te laat zien waaruit blijkt dat je keurig, met een instrument voor kwaliteitsborging, het werk hebt gecontroleerd en het ook in orde was.
Het is een open deur dat je geen dingen dubbel op moet willen doen of langs elkaar gaat werken. Stem wat je als bouwer aan kwaliteitsborging doet dan ook af op het werk van de kwaliteitsborger. Ga dan ook snuffelen aan instrumenten voor kwaliteitsborging. Laat je uitleggen hoe die werken. Ga er mee aan de slag en maak het onderdeel van je bedrijfsvoering.
Het is niet een kwestie van een paar iPads kopen en een abonnementje op een tooltje afsluiten. Kwaliteit maken en borgen moet onderdeel van je werk zijn.
Er zitten redelijk wat verschillen tussen instrumenten voor kwaliteitsborging. Dat gaat onder andere over certificering ja/nee, de prijs, of de flexibiliteit om met andere systemen samen te werken. Het ene instrument functioneert voor het doewerk binnen een online werkomgeving, het andere weer niet of misschien een beetje.
Vind het instrument dat bij je past.
Pieter Plass